Voorbeeldfunctie

Foto (vrij van rechten): Zandkasteel op witte achtergrond. Buiten spelen. Liudmila Chernetska.

Door het huidige onderwijs kunnen peuters tegenwoordig kort na het betreden van hun gezamenlijke zandbak al tot tien tellen en meer. Die gedachte schiet me steeds door het hoofd als ik bepaalde politici ‘bezig’ zie met hun land wanbeheren. Je vraagt je af wat er bij die figuren in de peuterspeelzaal zo fataal de mist is in gegaan. Dit is niet bij wijze van spreken, maar letterlijk bedoeld. Ook de ‘Hollandse overdrijving’ gaat hier niet op. Nee, ik heb het -naast egoïsme, machts en -geldhonger- over naakte, beschamende en verbijsterende stupiditeit aan de top. 


In Nederland zit daar in die regionen een zekere Fred Grapperhaus, minister van justitie. Hij is de motor achter de gezichtsmaskerhetze en of je nu in de werking van die dingen gelooft of niet doet er hier even niet toe.
Deze meneer heeft besloten om te trouwen. Niks mis mee, maar waarom in volle Corona tijd een groot feest erbij? Waarom kon er niet gewacht worden op rustiger tijden? Het plebs zal het antwoord wel nooit te weten komen en misschien zijn er werkelijk wel valabele redenen voor deze viering op dit moment. Dus laat ik hem het voordeel van de twijfel geven. Ze hebben als locatie voor de receptie op het laatste moment geopteerd voor een feestzaal. Hun geplande thuisfeest zou namelijk wel wat vreemd over hebben kunnen komen op een volk dat gesommeerd wordt in beperkte bubbels te leven, zeker binnenshuis. Daar de verloofden de locatie geheim hadden gehouden, gingen ze ervan uit – en nu beginnen mijn hersenen al lichtelijk te kraken – dat de keuze ook geheim zou blíjven. Niet dus. Natuurlijk niet. Daar hebben we het journaille voor. Vervolgens houden de minister en diens vriendenkring, waar ook het een en ander aan top in vertegenwoordigd was, zich niet aan de te vuur en te zwaard door de minister zelf doorgedrukte Covidregels. En ze laten zich daarbij nog betrappen ook. Een peuter die verstoppertje speelt, pakt het slimmer aan.


Ik stel mezelf toch enkele vragen. Zou ik als minister van uitgerekend justitie een groot huwelijksfeest geven in volle mondiale crisistijd? Waarschijnlijk niet. Want ik weet hoeveel voeten de organisatie van een béétje bruiloft in de aarde heeft. En dat zou ik niet graag combineren met mijn werk wat misschien nog wel nooit eerder zo belangrijk is geweest als nu. Zou ik me laten betrappen? Vergeet het maar, ik zou me óf aan de regels houden óf in een beveiligde bunker trouwen. Nooit zou het in me opkomen om een soort lapdance buiten op het bordes te gaan uitvoeren met zijn zestigen. Wat ik me wel zou kunnen indenken, heel goed zelfs, is dat ik in mijn voorbeeldfunctie zou kiezen voor een spectaculair feest, waar de hele bevolking zijn hart aan mag ophalen in moeilijke tijden. Daarvoor zou ik met mijn riante salaris (let op, ik ben dus nog steeds minister) een kudde weddingplanners inhuren, een paar virologen, een psycholoog of twee-drie, een intelligente politieagent, een modiste (voor de gratis mondmaskers in feeststijl) en een peutertje om iedereen met de voeten op de grond te houden. Samen mochten die dan, terwijl ik me wijd aan mijn land in nood, een gebeuren organiseren waaraan zowel de gasten en het hele volk zich zouden kunnen laven en toch zo veilig mogelijk blijven. Een erehaag van plastic handschoenen zou ik neer laten zetten. Honderden witte ballonnen loslaten met ‘Feest niet als een beest’ erop. Duiven met kleine witte lakentjes in hun bekjes zou ik laten uitvliegen om het zorgend personeel en zoveel anderen te bedanken. Een fontein van handgel op het bordes met een loper van gezonde voornemens. Stichtende teksten op de mondmaskers, waar de fotografen dan weer op mogen inzoomen als ze het juiste volkslied van ons landje hebben kunnen produceren, wat, dat weet elke Belg, nogal een benenbreker is voor sommige politici. Een voorbeeld van een party zou ik ervan maken, en vervolgens het draaiboek vrij geven voor publicatie, ter ondersteuning van mijn in een wirwar van elkaar tegensprekende Coronamaatregelen ronddolend volk.

Wellicht zou mijn bruiloft op die manier nog een aftrekpostje zijn ook.